Arnhem - Sesriem: een lange vermoeiende reis

13 juli 2018 - Sesriem, Namibië

De kale feiten:

·       Windhoek > Lake Oanab: 110 km (12 juli)

·       Lake Oanab > Sesriem: 236 km (13 juli)

·       Campings: Lake Oanab Resort en Sesriem NWR campsite

·       Wild: bavianen, springbokken, wrattenzwijn, struisvogels, grondeekhoorn, guineafowls

Zo! Eindelijk tijd om met mijn reisverslag te beginnen. Gisteren zijn we na allerlei tegenspoed pas tegen de schemering aangekomen op de camping bij Lake Oanab, vanaf Windhoek een uurtje rijden richting het zuiden. Tegen de tijd dat we de daktenten hadden opgezet en in het restaurant wat hadden gegeten, was de pijp toch echt leeg en zijn we met z’n drietjes uitgeput één van de daktenten ingedoken.

Een nacht slapen doet echter wonderen en al helemaal als je de daktent uitkomt en je een prachtig meer voor je ziet liggen. Puk gaat met haar eigen camera op stap en wij hebben eindelijk het gevoel van vakantie te pakken. Nu gaat het pas echt beginnen!

Maar… dit reisverslag is natuurlijk niet compleet zonder ook de tegenspoed erin op te nemen. Het begon zondag al, toen ik erachter kwam dat we per ongeluk de verkeerde parkeerplaats in Frankfurt hadden besproken. De goede zat tegen die tijd al vol, dus zijn we in plaats van met de auto, met de trein gegaan. Wel zo relaxed, ware het niet dat de trein al zes uur vóór onze vlucht op de luchthaven aankwam. Het eerste wachten, wachten, wachten was begonnen….

Eenmaal in het vliegtuig begon het tweede lange wachten. Vlak voor de startbaan (wij blij omdat we eindelijk richting het avontuur vertrokken) stonden we ineens stil. Een half uur lang wisten we niet wat er aan de hand was. Daarna werd duidelijk dat we terug naar de gate moesten, omdat er iemand in het vliegtuig was opgepakt en zijn bagage uit het vliegtuig moest worden gehaald. Een uur later konden we dan eindelijk weg, maar het derde lange wachten was begonnen. We hadden namelijk anderhalf vertraging opgelopen, terwijl we in Doha (Qatar) maar anderhalf uur overstaptijd hadden naar onze aansluiting naar Windhoek (Namibië)! De stewardessen konden niet garanderen dat het vliegtuig op ons zou wachten en ook al konden we op dat moment niets doen om het probleem op te lossen, rustig en comfortabel zitten was er voor Martijn en mij niet meer bij. Puk had nergens last van gelukkig...

Gesetteld in het vliegtuig        Grrrrr.... weltrusten!

Op het vliegveld in Doha werden we gelukkig opgewacht door het grondpersoneel van Qatar, dat ons en heel wat anderen in sneltreinvaart begeleidde naar het volgende vliegtuig. Wat een intense opluchting; we gaan gewoon vandaag nog naar Namibië! Oververhit door het harde lopen, kwamen we vijf minuten voor vertrek aan bij het tweede vliegtuig, waar we eindelijk even tot rust konden komen.

Geland in Namibië        Internationale luchthaven van Windhoek

Op het vliegveld in Namibië wachtte ons echter het vierde wachten. Eerst op het opengaan van de loketten bij de immigratie; daarna op het korter worden van de rij, wat maar niet leek te gebeuren. Ruim 2 uur lang moesten we aanzien hoe de vrouw achter onze balie, met een uiterst chagrijnig gezicht minstens twee keer zo sloom werkte als haar buurman. Daarna konden we eindelijk onze bagage halen (die gelukkig ook was meegekomen vanuit Doha) en op zoek gaan naar onze lift naar Windhoek.

Onderweg naar Windhoek, vanuit het busje van Africa on wheels, de verhuurmaatschappij van ‘onze’ 4x4 met daktenten, zien we direct al een wrattenzwijn en springbokken. Dit is het dan, we zijn in Afrika! De vervelende reis zijn we direct vergeten en ondanks dat het ophalen van de auto ook lang duurt, krijgen we weer helemaal zin in onze reis.

We slaan heel wat boodschappen in bij een gigantische, westerse supermarkt in Windhoek. Er zijn hier niet veel grote plaatsen, dus moeten we flink vooruit plannen wat het eten en drinken betreft. Gedurende onze reis komen we erachter dat ze hier geen vers brood hebben. Het brood dat je koopt, voelt en proeft eigenlijk al direct oud. Door het droge klimaat is het de volgende dag zo droog dat het scheurt, maar toch moet je er dagenlang mee doen, omdat de winkels hier schaars zijn. Gelukkig hebben ze wel, in tegenstelling tot Maleisië, veel soorten groenten, fruit en broodbeleg. Puk hoeft dus niet op kale rijst en minibananen te leven, zoals vier jaar geleden.

Onderweg naar de camping bij Lake Oanab genieten we van het uitgestrekte, lege, dorre landschap van Namibië. We zien nóg meer wild: een groep apen langs de weg en hornbills (vogels) die op een hek zitten. Daarnaast veel vee: schapen, koeien en geiten. Als we bijna bij de camping zijn, besluiten we nog even snel te tanken. Dat ‘snel’ verandert helaas al snel in meer dan een uur oponthoud! De auto wil na het tanken niet meer starten. Onze eerste gedachte is dat de pompbediende de verkeerde diesel heeft getankt, maar dat is gelukkig niet het geval. Na over en weer bellen met Africa on wheels regelen we iemand bij het tankstation die ons een ‘jump start’ kan geven, maar dit werkt helaas niet. Meer mensen komen zich ermee bemoeien. Allemaal hebben ze een andere theorie en bijbehorende oplossing. Martijn laat het over zich heenkomen, terwijl ik ervoor zorg dat Puk deze zoveelste wachtsessie een beetje goed doorkomt. Uiteindelijk, net op het moment dat ik vermoed dat we daar bij het tankstation moeten gaan kamperen, start de auto!! Blijkbaar was de tank zo leeg geraakt (terwijl er volgens onze meter nog genoeg in zat), dat er lucht in was gekomen. Eén van de mannen heeft dit er met een pompje uitgehaald, zodat de motor weer van brandstof werd voorzien.

We durven de auto niet meer uit te zetten en rijden meteen door naar de camping. Uren later dan verwacht, komen we daar in ellendige staat aan. In Puks woorden: “ik vond het geen leuke dag”. Ze heeft helemaal gelijk; wat was dat een heftige reis! Meer dan 30 uur om in Windhoek te komen en dan ook nog eens autopech. Het is al schemerig, we moeten voor het eerst onze daktenten opzetten en dat terwijl we reuzehonger hebben, omdat het al bijna 7 uur ’s avonds is en we bijna de hele middag niks hebben gegeten door al het gedoe.

Maar, zoals ik al zei, een goede nachtrust doet wonderen. De auto lijkt weer prima te starten, dus we spreken met Africa on wheels af dat we onze reis gewoon hervatten. Fijn! We organiseren onze spullen, ontbijten op onze privéveranda met uitzicht op het meer en Puk knuffelt met alle katten die hier op de camping rondlopen.

Uitzicht vanaf onze kampeerplaats

Onderweg naar de volgende camping bij Sesriem kijken we ongeduldig uit naar giraffen, omdat die de dag ervoor waren gespot, maar helaas…. Wel struisvogels, een grondeekhoorn en heel veel vee. In een prachtig landschap, met rotsachtige heuvels, dorre bomen en verre uitzichten. In veel bomen zitten nesten van wevers, die variëren in grootte van een ‘gewoon’ nest tot enorme meganesten, die je af en toe het idee geven dat er een koe in de boom zit. Bijna alle wegen in Namibië zijn onverhard, maar als je niet te langzaam rijdt, valt het hobbelen reuze mee. Al rijdend laten we enorme stofwolken achter en als je een tegenligger tegenkomt, kun je even niets meer zien.

Onderweg naar Sesriem     Onderweg naar Sesriem

Nesten van wevertjes     Stof, stof en nog eens stof

De camping in Sesriem is heel anders dan de vorige. Bij Lake Oanab was het door al het water nog redelijk groen. Hier is het een dorre bende en zien we voornamelijk zand, zand en nog eens zand. Sesriem ligt vlakbij de toeristische trekpleister Sossusvlei en dus is het er ook heel wat drukker. De camping heeft echter alle ruimte en we hebben weer een prachtige privéplek. Ommuurd en met een karakteristieke boom in het midden. Er lopen hier vogels rond die ze ook in Burgers’ Zoo hebben, helmeted guineafowl.

Ons eigen plekje op de camping bij Sesriem     Kamperen in de woestijn

Terwijl ik dit verslag schrijf, roostert Puk marshmallows boven een vuurtje; met een zonnebril op, want de rook prikt in haar ogen. Het begint fris te worden. Winter in Namibië betekent dat het overdag een voor ons comfortabele 25 graden is, maar ’s avonds koelt het af en ’s nachts kan het zelfs vriezen. De Namibiërs vinden die 25 graden minder comfortabel. Zij lopen met mutsen en dikke jassen aan, want het is koud als je het vergelijkt met de zomerse temperaturen van 40 graden!

Eén grote zandbak     Marshmallows roosteren!

Foto’s

2 Reacties

  1. Linda Van aalst:
    5 augustus 2018
    Wat leuk om jullie reis weer te kunnen volgen! Hopelijk nu geen tegenspoed meer, en vooral genieten van deze bijzondere en mooie vakantie!!
    Tot het volgende verslag! Liefs Linda
  2. Gerda:
    5 augustus 2018
    Prachtig verhaal Jes. Als het onderwijs je gaat vervelen dan kun je als schrijfster een nieuwe start maken😗.